Bij bijna geen enkel ziektebeeld is deze vraag een ding, maar bij eetstoornissen is dit echt een fenomeen. Ben ik ziek genoeg om hulp te zoeken. Ben ik dun genoeg. Heb ik genoeg klachten. Zullen ze me wel serieus nemen. Vinden ze me geen aansteller. Ben ik wel een echte anorex. Ik denk dat ik voor heel veel eetstoornispatiënten praat als ik zeg dat dit speelt of heeft gespeeld bij het vragen om hulp, of het nu gaat om het eerste huisartsenbezoek of een intake bij een gespecialiseerde eetstoorniskliniek.
Antwoord op de vraag
Het antwoord op de vraag is enorm eenvoudig. Het is een mentaal probleem. Dit betekent dat wanneer jij er last van hebt en het je beperkt in het dagelijks leven, het per definitie erg genoeg is om hulp te vragen. Of je nu een diagnose krijgt of niet, hulp vragen bij last is sowieso altijd goed.
Voor het eerst naar de huisarts – mijn ervaring
Met knikkende knietjes, slechts een beetje ondergewicht, behoorlijke mentale druk maar weinig fysieke zichtbare symptomen besloot ik naar de huisarts te gaan. Omdat ik mijn studie niet meer kon volgen doordat mijn hele hoofd vol eetstoornis zat. Maar ik voelde me de grootste aansteller van de wereld. Ik een eetstoornis? Wat een onzin zeg. Fysiek prima in orde, ja een paar kilootjes te kort, maar echt niet ziek genoeg voor een eetstoornispatiënt. Mentaal, ja dat is voor mij heel naar, maar dat ziet zij niet, straks vindt zij het enkel klagen en zeuren. Ik heb een onzichtbare eetstoornis. Of ik ben een enorme klager. Ik loop het risico, om keihard afgewezen te worden, te horen dat mijn echte probleem mijn zelfmedelijden is. Sterker nog, ik acht die kans groter dan de kans dat ik een echte eetstoornis heb.
Ik word binnengeroepen. Heel voorzichtig begin ik met de volgende zin: ‘ik weet dat ik er niet uitzie als iemand met een eetprobleem, maar in mijn hoofd heb ik wel veel last van gedachten rondom eten, dusdanig dat er weinig ruimte over is voor andere gedachten’. Een ingestudeerde zin. Maar meteen voel ik me een aansteller en ik voeg toe. ‘Ik denk niet dat ik echt een eetstoornis heb hoor, ik zou gewoon graag willen weten hoe ik mijn focus weer een beetje kan verleggen’. De spanning loopt steeds verder op. Ik verwacht de keiharde afwijzing. Ik verwacht het oordeel aansteller. Dat was niet wat kwam.
Wat kwam was een hele empathische huisarts, die begon met vragen naar mijn exacte klachten op een ontzettend respectvolle wijzen. Ze vroeg naar mijn voorgeschiedenis en ik vertelde dat ik anorexia had, ‘maar zo erg is het nu niet hoor’. En in plaats van hulp zoeken draai ik zelf de rol om, zij begint mij te overtuigen dat de anorexia terug is, waarschijnlijk nooit weggeweest, en ik probeer haar ervan te overtuigen dat zij mij moet zeggen dat ik me niet aan moet stellen en gewoon door moet gaan.
De anamnese en het lichamelijk onderzoek wijzen duidelijk op anorexia nervosa, en ik ga de deur uit met een verwijzing naar een eetstoorniscentrum. Ben ik gerustgesteld? Ze neemt me super serieus. Nee, ik voel me de grootste aansteller, ze neemt me zo serieus dat ze denkt dat ik anorexia heb, maar zo ziek ben ik helemaal niet.
Het duurde maanden voordat ik het zelf inzag. Zo ziek was ik wel. Ik voelde het, wist dat ik hulp moest zoeken, maar het echt inzien, dat kon ik nog niet. Maar ik ben blij dat ik die stap toch heb gezet, de hulpverlening in ben gegaan. Vrij snel na dit huisartsenbezoek werd ik langdurig opgenomen en begon mijn behandeltraject. Ik werd serieus genomen, veel serieuzer dan ik mezelf nam.
Voor het eerst naar de huisarts – blik vanuit de huisarts
De huisarts is getraind op het kijken: heeft deze persoon hulp nodig of niet. Dit baseert hij of zij niet alleen op hoeveel jij weegt, hoeveel fysieke klachten jij hebt, hoe daadkrachtig je daar staat, welke kleding jij aanhebt, nee hij of zij baseert dat vooral op de last die jij ervaart. Vervolgens kijkt de huisarts hoe hij of zij jou het beste kan helpen. Helaas is het vaak handig om een diagnose te koppelen aan hetgeen er te zien is, maar dit is enkel om de behandeling te bepalen, niet om de ernst in te schatten. De huisarts vindt jou niet minder ziek/minder hulpwaardig/een aansteller als jij eetstoornis NAO hebt ten opzichte van anorexia, het vraagt slechts om een ander vervolgtraject (of niet, afhankelijk van de klachten). Die oordelen van erg genoeg/aanstellen/te dik voor hulp of wat jij er dan ook aan koppelt, die zitten echt enkel en alleen in jouw koppie.
Hieraan toevoegend, je bent niet een betere patiënt wanneer je zieker bent. De absolute rediculeuze denkwijze, de huisartsafspraak komt eraan dus nu stop ik helemaal met eten want dan ben ik optimaal anorex is echt zo ziek. Als gezond persoon die dit leest zul je hoogst waarschijnlijk denken, is dit serieus een ding?! JA, dit is echt een heel serieus ding. Voor huisartsbezoeken, intakes bij klinieken en voor opnames. Echt lieve mensen, laat deze gedachten los. Stappen terugzetten om zieker te lijken, die moet je ook weer naar voren gaan zetten, je maakt letterlijk je eigen traject moeilijker? En waarom? Om tegen jezelf te kunnen zeggen ‘ik heb er alles aan gedaan om zo ziek mogelijk te zijn’. Als je dit leest, hoor je dan hoe ziek dit is?
Intake bij een eetstoorniskliniek – mijn ervaring
De angsten van intake bij een eetstoorniskliniek komen overeen met die van de huisarts, maar er komt een mega angst bij: wat nou als de huisarts heeft geoordeeld dat je een eetstoornis hebt en de psychiater van de eetstoorniskliniek oordeelt dat de huisarts dit onjuist had. Je bent de allergrootste aansteller. Je komt onder een label naar een kliniek maar bent de kliniek niet waardig. Tenminste, dat was mijn gedachte. Sowieso is dat een onwijs actieve gedachte die nog altijd bij mij speelt ‘het label waardig zijn’. Alsof het iets is wat je verdient, het ultiem haalbare. Ik weet dat dit belachelijk is. Evengoed ben ik tegen eenieder die mij nieuw ontmoet en hoort dat ik anorexia heb bang dat zij mij niet anorexia-waardig vinden, ofwel wel dun maar niet genoeg om het label te mogen dragen. Nee absoluut geen gezonde gedachte, maar gezond ben ik ook zeker niet. Maar terug naar het onderwerp, mijn intake. Ik kwam voor het eerst bij een eetstoorniskliniek. Uiteraard had ik me voorbereid door zo ziek mogelijk over te komen, want ja die ‘je moet zo ziek mogelijk overkomen’ gold ook voor mij. Ik liep de deur door en wat ik daar zag was doodeng. Dunne mensen. Graatmager. Stuk voor stuk. En ik voelde me de ultieme braadworst tussen de rest. Even overwoog ik om me af te melden, onder het motto ‘ik zie zelf al in dat ik hier niet behoor’. Maar dat durfde ik niet. Ik werd binnengeroepen door de psychiater. Doodangst, schaamte, ik weet niet welke overheerste. Ik kwam nauwelijks uit mijn woorden. De psychiater vroeg aan mij waarvoor ik kwam. Het enige wat ik kon uitbrengen was ‘de huisarts denkt dat ik anorexia heb’. Het gesprek dat volgde bespaar ik je, het was een lang gesprek ingaande op de psyche, eetgewoonten, fysieke symptomen, lichaamsgewicht en lengte. Ik moest naar de wachtkamer, de psychiater, arts en psycholoog wilden direct overleggen. Waarom? Ik zou toch volgende week de uitslag krijgen? Ze willen me meteen afwijzen. Ik ben hier voor niets. Tijdverspilling. Schaamte. Ik wil wegrennen. De tijd tikt voorbij. 35 minuten in de wachtkamer voelde als 12 uur. Ik werd binnengeroepen in een andere kamer, de arts, psychiater en psycholoog zaten in een kamer. De arts deed het woord. ‘Anna, we willen je zo spoedig mogelijk opnemen maar je zult eerst naar het ziekenhuis moeten want somatisch ben je te slecht voor de kliniek’.
Intake bij een eetstoorniskliniek
Een algemene intake bestaat uit een aantal onderdelen:
- Psychiatrisch onderzoek: wat zijn je problemen, klachten, welk label voldoe je aan, hoe kun je geholpen worden, wat wil je zelf.
- Lichamelijk onderzoek: bloedonderzoek, gewicht en lengte, algemeen lichamelijk onderzoek, anamnese (vragen over klachten van je lichaam)
- Diëtiek: hoe ziet je voedingspatroon er op dit moment uit. Wat doet je gewicht met dit voedingspatroon.
Op basis daarvan gaan ze in het team overleggen of en wat ze jou kunnen bieden aan hulp. Meestal krijg je dit na 2 weken te horen, tijdens een afspraak of telefonisch. Vanuit daar kijken ze verder.
Waar niet naar gekeken wordt:
- Heb je optimale kleding aan waarin je niet te dun maar ook niet te dik lijkt
- Overdrijf je niet te veel door eerlijk en open te zijn
- Zit je make-up optimaal
- Heb je je alvorens deze intake volledig anders gedragen dan de weken ervoor
- Voel je je te dik voor hulp
- Heb je wel ondergewicht
- Heb je wel fysieke symptomen passend bij een eetstoornis
- Voldoe je perfect aan de DSM van een bepaalde eetstoornis
Conclusie Heb je het gevoel dat je hulp nodig hebt, dan ben je ziek genoeg om hulp te vragen. Vervolgens is het aan degene waaraan jij hulp vraagt om te oordelen of hij of zij jou helpen kan. Niet of jij ziek genoeg bent, maar of hij of zij jou kan bieden wat jij nodig hebt. Hulp vragen mag altijd. Er is geen mate van ziek zijn waarop jij hulp mag gaan vragen, dat mag als je hulp nodig hebt en dat is volledig subjectief.